Ioniserende straling komt niet alleen van speciaal geprepareerde blokjes materiaal, het komt ook gewoon in de natuur voor. In de kern, mantel en korst van de aarde zitten vrij veel radioactieve stoffen en de stoffen waar wij onze huizen mee bouwen bevatten deze dus ook. Vanuit de ruimte worden we ook constant gebombardeerd met straling door bijvoorbeeld de zon.
Al deze straling samen heet de achtergrondstraling en die is niet schadelijk voor ons. Je zou zelfs kunnen zeggen dat een organisme dat niet met deze straling om kan gaan door de natuurlijke selectie al miljoenen jaren geleden de evolutie is uitgestuurd. Wij zijn er nog dus kennelijk kunnen we ertegen.
Tegen de achtergrondstraling kan je weinig doen maar wanneer je met radioactieve materialen werkt moet je wel voorzichtig zijn, ze zijn vele malen sterker dan de achtergrondstraling. Stoffen die een gevaarlijke dosis straling uitzenden worden dan ook met het bekende gevaarsymbool aangeduid.
De stralingsbron rechts heeft zelfs een nuttige instructie op de verpakking staan.
"Drop and Run"
Dit kobalt-60 wordt nog steeds gebruikt in ziekenhuizen bij de bestraling van tumoren en voor het steriliseren van instrumenten. Na een ongeval in Thailand (het Samut Prakan incident) waarbij het symbool niet werd herkend door medewerkers die een oud apparaat uit elkaar haalden, is een nieuw waarschuwingsbord ontworpen.
De eenheid waarin de activiteit op de verpakking staat (de Curie) is geen officiële eenheid en wordt steeds minder gebruikt.
Meetapparatuur
Het is absoluut onmogelijk om het aantal radioactieve atomen in een stukje materiaal te tellen. Ten eerste, ze zijn buitengewoon klein. Ten tweede, 1 gram Koolstof-12 bestaat uit ongeveer 5,0·1022 atomen, Je hebt meer tijd nodig om ze te tellen dan de huidige leeftijd van het universum.
Met de juiste apparatuur kan je wel meten hoeveel deeltjes er door een stof worden uitgezonden. Dit apparaat heet een Geiger-Müller teller (of een Geigerteller) en door het aantal ontvangen ioniserende deeltjes te tellen kan je het aantal deeltjes per seconde berekenen. Dit is de telfrequentie. Omdat je maar een kleine portie van de deeltjes opvangt kan je niet zeggen dat dit de complete activiteit van het materiaal is. Omdat het materiaal de straling naar alle kanten gelijkmatig uitzend is de telfrequentie wel representatief voor de activiteit. We zullen het hierna dus de gemeten activiteit noemen.
De activiteit van een stof wordt gemeten in een aantal Becquerel (Bq) en dat betekent letterlijk “het aantal vervallen atomen per seconde."
Het lijkt overdreven maar de Geigerteller maakt bij elk ontvangen deeltje een karakteristieke "klik". Veel apparaten die gemaakt zijn om een bepaald gevaar te detecteren gebruiken geluid en/of licht zodat de gebruiker, zelfs als hij niet zo goed geïnformeerd is, bijna instinctief weet dat er gevaar dreigt en hij zich hopelijk snel in veiligheid brengt.
De klik van een Geigerteller wordt inmiddels door iedereen herkend (als is het maar door films en tv) maar omdat straling echt gevaarlijk kan zijn is het wel goed dat je weet hoe dit geluid klinkt.
www.XKCD.com